Van de aanzet van blazers naar de Big Band

Voorwoord: ... Het uitzicht (hoorzitting) hoek bij het bestuderen

Hallo en hartelijk welkom bij een verdere editie van de workshops voor blazers. In deze workshop wil deze keer geen oefeningen voor het instrument voor verbetering van de individuele speeltechniek voorstellen. Ik ga veeleer op problemen in, die bij het repeteren van nieuwe stukken in een blaasafdeling, een big band of een blaasorkest kunnen optreden. Deze workshop zal mensen prikkelen om vanuit een ander oog- (of eigenlijk beter "hoor"-) punt bij het repeteren van nieuwe stukken te kijken ("luisteren"). Dit zal helpen, het repeteerwerk effectiever te maken. In het volgende ga ik vaker van de "big band" spreken, de algemene samenhang kun je uiteraard wel op een traditioneel of symfonisch blaasorkest toepassen.

Een ideale Big Band

Alle registers zijn vol bezet met uitstekend opgeleide musici, die hun respectievelijke instrumenten meesterlijk beheersen. Bij een repetitie wordt de partituur van een nieuw stuk uitgedeeld en iedereen speelt het stuk meteen correct. Alle instructies, de articulatie, de frasering, de dynamiek betreffend, worden accuraat omgezet. Het muziekstuk klinkt als uit één stuk gegoten - door naar het volgende nummer!

In de realiteit

In de realiteit zijn er zeker big bands, of algemener gezegd, orkesten met blaasafdelingen, die dicht bij ons ideaal van een big band komen. Maar daar tref je inderdaad opgeleide musici aan, die zo goed spelen, dat zij zelfs geld ermee kunnen verdienen (in theorie tenminste...) Veel vaker vind je echter big bands, waar hobby-musici spelen. Terwijl dit geen beperkend criterium hoeft te zijn, omdat ook hobby-musici uitstekende musici kunnen zijn. Bovendien gaan wij er zondermeer van uit, dat het repertoire van de band overeenkomt met de capaciteiten van de musici, zodat iedere instrumentalist zijn stem  kan spelen. Je kunt bij het leren van nieuwe stukken daadwerkelijk zien, dat sommige instrumentalisten heel goed overweg kunnen met hun stem, andere misschien juist minder. Het is niet verrassend, dat stemmen die dicht bij de "lead-stem", of anders gezegd, bij de hoofdmelodie van het stuk liggen, dikwijls beter worden beheerst dan de stemmen die solo gespeeld meer abstract klinken en als minder bij het stuk passend worden beschouwd. Dit effect wordt des te sterker, hoe bekender een stuk is.

"Nogal wiedes..."

Zal de een of ander meteen gaan roepen, "als je al een keer naar een melodie hebt geluisterd, kun je die ook veel makkelijker spelen..."
Dat kan best, maar het helpt niet degenen, die de melodiestem niet spelen. Een antwoord op dit probleem is vaak: "nou dan moet je bij het oefenen van jouw eigen stem gewoon aan de melodiestem denken, die hoort immers erbij!" Ook dit klopt zeker, maar hier zie je meteen hoe groot het probleem in feite is: pas als je hoort wat de "anderen" spelen, kun je je eigen stem met betrekking tot de articulatie, frasering, timing en intonatie eraan aanpassen. Zo banaal als het gezegde misschien eerst klinkt, wordt het toch vooral duidelijk dat "luisteren" de sleutel tot muziek is.

Luisteren is belangrijk

Vooral actief luisteren is belangrijk. Actief luisteren betekent niet dat je de radio aanzet en hem voortdurend laat spelen. Actief luisteren betekent analytisch of systematisch luisteren.

Play with the Killerhorns

Iedereen die nu oplettend naar een big band of een groter blaasorkest gaat luisteren, zal bevestigen dat de gezamenlijke klank een heel complexe samenstellingen van de meest uiteenlopende muzikale elementen vormt. Om beter te kunnen begrijpen wat we eigenlijk horen, zal een systematiek ons helpen om de verschillende "geluiden" beter te kunnen indelen.

Een eenvoudige systematiek zal bijvoorbeeld zijn, als je voor het eerst de ritmische elementen identificeert.
-    het tempo van het stuk (snel/langzaam)
-    het ritme (maatsoort)
-    soort van de frasering (binair / ternair)
-    articulatie 

Hetzelfde is toepasbaar op de melodische elementen:
-    melodie (Leadstem)
-    aan de melodie parallel gevoerde stemmen (harmonische uitbreiding van de melodie)
-    tegen de melodie gevoerde stemmen (contrapunt)
-    complementaire elementen of zogenoemde backings (opvullende ritmische elementen of bij solo-gedeeltes bijvoorbeeld de zang) 

Op deze manier kan de individuele musicus structuren herkennen, die hem als orientatie dienen, waarbij zijn eigen stem zich in de gezamenlijke klank invoegt.

De kleinste Big Band van de wereld

"Play with the Killerhorns" weerspiegelt het praktisch nut van onze workshop. Om een systematiek, zoals boven beschreven, in de praktijk in het kader van een workshop te kunnen uitwerken, spelen wij als voorbeeld live met de kleinste big band van de wereld samen: een ritmiekafdeling, een zanger en drie blazers. Voor de gezamenlijke uitwerking bestaan er big band arrangementen uit stukken van het actuele Supercharge programma. En niet op de laatste plaats, heel belangrijk, zijn er opnames van de uit te werken stukken zonder big band, opdat alle deelnemers zich van tevoren een beeld kunnen vormen van de structuur en de stijlleer, zonder in de eigen noten te verdrinken.

Van de blazerssectie van de Big Band

Over de blaasafdelingNatuurlijk is een blaasafdeling met drie blazers, zoals bij de Killerhorns, geen echte big band. Maar een blaasafdeling met drie stemmen geeft de mogelijkheid, om wezenlijke structuren van een big band arrangement makkelijk te overzien en aan te tonen. De stemvoering, de harmonische samenhang, de articulatie en frasering laten zich begrijpelijk weergeven en zijn in het verdere verloop toepasbaar op de afzonderlijke instrumenten, de registers en uiteindelijk op de hele big band. Over de big bandPraktische voorbeelden voor het gebruik en eenvoudige oefeningen voor de stemvoering, de techniek voor meerstemmige stukken, harmonische samenhang en hulp bij de articulatie en frasering, geef ik in een verder editie van de "JAY-Workshops voor blazers" onder de rubriek "Van de aanzet bij blazers naar de big band - play with the Killerhorns". 

Tot die tijd, keep on swinging!

Big Jay.